We zijn weer een stap verder. De boot staat op de kant bij yachtservice Van Swaay voor de definitieve reparatie. En wij zijn weer thuis. Nu rustig afwachten hoe de reparatie gaat en wat de planning gaat worden. We hopen dat de PYD crew voor 25 aug de delivery naar Halifax kunnen starten. Maar of dat echt mogelijk is, is nog even afwachten.
De afgelopen week op de provisorisch gerepareerde boot is nog wel een soort van vakantie, maar staat ook in het teken van het analyseren wat we hiervan leren voor onszelf en over het gedrag van onze boot. We spreken er veel met elkaar over en het komt ook regelmatig aan de orde als we andere zeilers spreken. De tocht terug naar Bruinisse doen we in drie prachtige zeildagen via Breskens en Wemeldinge. De boot vaart fantastisch, mede door de goed gestelde mast, alsof er niets is gebeurd. Dat maakt veel goed.
Terug naar Duinkerken … het franse mannetje werkt twee dagen lang enorm hard en netjes. Wat een held die fransman! Van Swaay en de verzekeringsexpert (dat is Mark Neeleman, een beroemde olympische zeiler, lezen we later) zijn zeer te spreken over de reparatie en de kans is groot dat dit als basis kan blijven zitten. Onze mening over fransen is bijgesteld … we staan de ochtend na de botsing meteen op de kant en een uurtje later start onze held met de reparatie. Hij spreekt alleen geen engels, en wij een beetje frans, dus het is met handen en voeten communiceren.
We zijn blij als we weer in het water liggen, want onze boot is aan de zware kant voor deze kraan; wij wegen 22 ton, de kraan kan max 25 ton aan. De eerste dag maken we vooral schoon en leggen alles weer op z’n plek, zoals het anker met ketting weer op z’n plek op de boeg. Sportschool kunnen we even overslaan ;-). De tweede dag lopen we wat rond in Duinkerken en bezoeken het mooie tweede wereld oorlog museum. De Poppedien ligt er ook en we hebben twee avonden een gezellige borrel met ze.
De tocht van Duinkerken naar Breskens is een prima zeiltocht met halve wind, kracht 4. Prima om weer wat vertrouwen te krijgen. We zitten op scherp en luisteren naar elk geluid, maar de boot zeilt fantastisch. De tocht van Breksens naar Wemeldinge is ook lekker zeilen. In Wemeldinge kunnen we naast de NoMad liggen, ook een HR48. Leuk om kennis te maken en ervaringen uit te wisselen. Bert en Lian liggen er ook en daar gaan we ook nog even gezellig mee kletsen. Op zondag blijven nog een dagje in Wemeldinge omdat we toch pas woensdag de kant op kunnen. Wat klussen en rommelen op de boot en ik maak een mooie fietstocht. ’s Avonds eten we heerlijke kreeft in het restaurantje van de jachthaven. De zeiltocht naar Bruinisse is ook weer prima. Windkracht 4 met halve tot ruime wind. We hebben geluk bij de sluis; we kunnen mee zonder te hoeven wachten. Het is toch wel wat lastiger manoevreren zonder boegschroef. Die doet het namelijk niet meer want die heeft een paar uur kopje onder in het zoute water gestaan en is overleden. En dan liggen we opeens weer op onze eigen plaats in Bruinisse terwijl het de bedoeling was om over ruim een jaar hier pas weer te komen.
We halen de zeilen eraf en maken de boot klaar om de kant op te gaan. Een raar gevoel, maar ook goed om dit hoofdstuk af te gaan sluiten en door te gaan met de volgende stap … op de kant voor de definitieve reparatie. Waar onze SeaQuest beter en sterker uit gaat komen dan zij was.
Wat levert het analyseren voor onszelf en het gedrag van de boot op?
Grote vraag is natuurlijk of en hoe we deze boei hadden kunnen zien. Feit is dat de boei in het midden van het vaarwater lag. Niet gemeld op de (bijgewerkte) kaarten. We voeren op de motor, stabiele koers en waarschijnlijk heeft de boei al een uurtje achter onze mast gezeten. We kijken elke paar minuten uit, probleem hier was dat de boei een bijzonder klein lampje blijkt te hebben met een hele trage uitzendfrequentie. Wetende dat je ver voor je de shipping lane hebt met daarin vele grote schepen met verlichting, is het echt wel een puzzel om dit lampje uit die brei van lichtjes te halen. Daarnaast was het een donkere nacht (kleine maan, maar dikke bewolking), wat ook niet helpt. Als we radar hadden gevoerd hadden we hem zonder meer gezien. Maar radar voeren we bij slecht weer, mist of regen. Het was een rustige heldere nacht. Daarnaast zendt deze boei een zogenaamd AIS/ AtoN signaal uit. Voor de niet zeilers: een baken wat elektronisch zich meld op je plotter scherm. Alleen … ontvangt onze installatie deze specifieke signalen niet. Toine kan hier inmiddels een boek over schrijven, en is in contact met importeurs en zeilspecialisten. Om enerzijds het probleem te begrijpen maar ook om de rest van de zeilers community te waarschuwen dat de AIS apparatuur dus niet bij iedereen alles weergeeft. Een volstrekt onbekend probleem ….
Feit is dat we schipper zijn op ons eigen schip. En dus verantwoordelijk om met en zonder elektronische hulpmiddelen veilig te varen. En dat hebben we niet goed genoeg gedaan, los van alle omstandigheden. Om die reden hebben we ook wat veranderingen in onze zeilgewoontes aangebracht, waaronder het verwijderen van de bijboot voorop de boot bij nachtelijke tochten, maar ook het beter opbinden van vallen langs de mast. Alles om het zicht vooruit te verbeteren. Een wel werkende AIS ontvanger en transponder is inmiddels door Toine ingebouwd.
Over onze prachtige boot is ook nog wel iets te vertellen. Feit is dat zij zich prima heeft gehouden toen we met 7,5 knoop in de boei knalden. Natuurlijk forse voorschade, maar naar nu blijkt is het daar ook bij gebleven. Er zijn geen verdere constructieve gevolgen en dat is erg goed nieuws. Wel is het zo dat het eerste waterdichte schot wat de boot heeft, ver naar binnen staat. Waardoor er na de botsing water in de eerste 2,5 meter van de boot is gekomen. Wat steeg tot de bovenkant van dit waterdichte schot. Als het water hier overheen was gekomen, waren we waarschijnlijk gezonken. We zijn in overleg met de werf om in ieder geval voor onze boot een structurele aanpassing te maken die zorgt dat er eerder in de boot een waterdicht schot komt. Maar waarom is dit niet af fabriek gedaan? Het lijkt erop dat alle andere Hallberg Rassy’s wel een dergelijk schot hebben, en alleen ons type, de 48 voet, niet. Dat zoeken we samen met de werf uit.
Ook blijkt dat onze pompen verbeterd kunnen worden. We hebben er drie. De eerste is een lichte bilgepomp, die is prima voor schoonmaken maar niet voor reddingswerk. De tweede is een handmatige pomp met enorme capaciteit. Die hebben we volop gebruikt en werkte perfect. Maar was enorm zwaar om die 2-3 uur lang te bedienen. De derde is een grote elektrische noodpomp. Deze zit echter vrij hoog in de bilge, en kan pas werken als er veel water in de boot staat. En dat wil je juist voorkomen… Aan deze pomp hebben we niets gehad en Toine heeft de pomp nu al onderin de bilge gezet. Ook hier staat een vraag bij de werf uit wat de reden hiervoor is. En inmiddels hebben we een extra elektrische noodpomp besteld die we overal in de boot kunnen gebruiken.
Als familie hebben we veel geleerd, met een duaal gevoel. Gezien onze uitgebreide ervaring zou je verwachten dat we zo’n crash moeten kunnen voorkomen. Maar we zijn ook wel beetje trots op hoe we dit gedaan hebben. Geen paniek aan boord, keihard werken om de boot drijvend te houden. Zo hoort het ook maar het moet onder dit soort extreme omstandigheden ook wel lukken! Met z’n allen, inclusief de SeaQuest, komen we hier sterker uit. En gelukkig kijken we ook weer uit naar nieuwe zeiltochten, ook bij nacht en ontij. Zeilen is altijd een beetje een avontuur, alleen soms een beetje een groot avontuur ;-).