Het Surinaamse binnenland

 

Het Surinaamse binnenland is bovenverwachting mooi! Wat een prima besluit om Suriname in onze reisplanning op te nemen. Het land heeft een rijk en prachtig tropisch regenwoud, heel groen, een mooie rivier met zeer helder water, prachtige dorpen langs de kant van de rivier en wederom hele vriendelijke mensen. Hier in Suriname wonen veel verschillende groepen mensen in relatieve vrede naast / met elkaar. De oorspronkelijke bewoners zijn indianen. In de gouden eeuw zijn hier veel slaven vanuit Afrika naar toe gebracht om te werken op de suikerrietplantages en die vormen ook een belangrijk deel van de bevolking. De blanken zijn hier neergestreken tijdens die goede rijke tijd en sommigen zijn blijven hangen. Gemengde huwelijken hebben nog meer verscheidenheid gebracht.

Om meer van de historie van Suriname te weten heb ik het boek ‘Hoe duur was de suiker’ gelezen. Een roman dat speelt in de 18e eeuw, de tijd van de suikerrietplantages. Die suiker is heel duur geweest. Zonder de slaven hadden die plantages niet zoveel rijkdom kunnen produceren en er zijn vele slachtoffers gevallen. Iets waar Nederland ook volop van heeft geprofiteerd. Er is heel wat bloed gevloeid in die tijd. Heel indrukwekkend om daar meer over te lezen terwijl je in het land zelf vertoeft en oude plantages ziet en de rivierdorpen bezoekt die ontstaan zijn uit weggelopen en vrijgekochte slaven. Volgens de gids die ons naar het binnenland heeft begeleid gaat het de laatste 5 tot 7 jaar beter met Suriname dan ooit. Het is wel een derde wereldland, maar relatief rijk. Niet te vergelijken met bijvoorbeeld Gambia; dat was veel armer. Suriname is rijk aan grondstoffen, zoals bauxiet, goud en olie. Binnen een paar jaar verwacht men eigen diesel en benzine te kunnen produceren. Het surinaamse goud is heel rijk en daarom populair, en ook bauxiet (wordt aluminium van gemaakt) waar Suriname al jaren op teert brengt nog steeds veel geld binnen. President Venetiaan heeft goede dingen voor het land gedaan, maar is behoudend en minder een volksman. Daarom wordt Bouterse, die wel een echte volksman is, steeds meer populair vooral bij jongeren (die de decembermoorden van 1982 niet zo goed kennen).

Op nieuwjaarsdag vertrekken we in de middag met de stroom mee richting Domburg, een uurtje varen de rivier op. Daar ligt het vol met alleen maar nederlandse vertrekkers. Een gezellige boel, maar wel lastig ankeren omdat er zo weinig plaats is, de diepte 10 meter is en de rivier behoorlijk stroomt (met 6 uur stroming de ene kant op en daarna weer 6 uur de andere kant op). Dat vraagt nogal wat van het anker en uiteindelijk ook van ons met een paar keer verleggen, heel vervelend tijdens onze binnenlandse tocht even tegen een andere boot aankomen (geen schade gelukkig) en een interessante discussie hierover toen we net terug kwamen. Zo onrustig zoals we hier in Suriname hebben geankerd hebben we nog nooit meegemaakt. Maar er zijn geen echte vervelende dingen gebeurt, dus zo erg is het nu ook weer niet en Suriname is fantastisch dus het meer dan de moeite waard.
Domburg is een klein dorpje met een gezellige waterkant waar Rita’s restaurant staat. Daar verzamelt de hele zeilerscomunitie zich elke avond om 17 uur voor een biertje en lekker eten bij Rita. Wij doen hier ook aan mee en vinden dat voor een paar dagen prima en ook wel gezellig om zoveel andere mensen te spreken. Op 2 en 3 januari doen we alvast wat school, vertoeven overdag voornamelijk op de boot met een boek of wat klusjes, en ’s avonds dus op de kant. De kinderen kunnen daar hun ’tikker-pakkertje’-spelletje doen dat ze in Paramaribo hebben ontdekt en uren mee bezig kunnen zijn met oud en jong door elkaar.

Op maandag 4 januari vertrekken we vroeg met de bus voor een binnenlandse tocht van 3 dagen. Samen met de Barbarossa en de Valentijn, en ook de Jonathan (met drie kinderen van 8, 6 en 3) gaat op het laatste moment mee. Zo zijn we een paar dagen lang met z’n 18-en en dat is heel gezellig. De volwassenen kunnen het goed met elkaar vinden en de kinderen al helemaal. De busrit duurt ruim 4 uur en gaat alleen het eerste uur over asfalt en daarna over een enorme hobbelweg. Het laatste uurtje zitten we in een prachtige houten boot, een uitgeholde boomstam, ook wel korjaal genoemd. Met een krachtige motor en heel ondiep stekend een prima vervoermiddel voor de rivier die op deze plaats behoorlijk ondiep is met af en toe een stroomversnelling. Een prachtige en avontuurlijke tocht met aan beide kanten van de rivier tropisch oerwoud afgewisseld met christelijke en traditionele dorpen.
Anaula resort bestaat uit kleine huisjes met bedden en een douche en een gemeenschappelijke ruimte waar we die dagen heerlijk te eten krijgen. Als we er zijn gaan we meteen weer op pad om te zwemmen in de rivier bij een stroomversnelling. Het is heel helder water en heerlijk verkoelend om te zwemmen. We krijgen ook een paar keer een fikse regenbui over ons heen en dan snap je weer waarom het hier zo tropisch groen is. Na het avondeten gaan we met de boten op pad om kaaimannen (een soort krokodillen) te spotten. We zien er twee langs de oever van de rivier liggen (te vinden met een zaklamp, dan zie je hun rode ogen). Om 23 uur gaat de generator uit en is er geen stroom meer. Prima reden om op tijd naar bed te gaan.

De volgende ochtend gaan we na het ontbijt een stukje verderop de rivier op bezoek bij twee dorpen. We mogen er ruim twee uur lang rustig doorheen wandelen als we maar geen foto’s maken. Prachtig om te zien hoe de mensen daar leven. Nog steeds heel primitief, maar wel een paar graden luxer dan in Gambia en ze zijn veel meer aan toeristen gewend. ’s Middags is er tijd om in het zwembad te zwemmen en de kinderen liggen dan ook de hele middag in het water. Aan het eind van de middag hebben we een mooie boswandeling van een uurtje en zien we aapjes en leren we van alles over wat je allemaal uit het oerwoud kan gebruiken voor geneesmiddelen. Zo komen we de kinine boom tegen (bestanddeel van paracetamol en zo smaakt het ook ….). Even daarvoor heeft de Barbarossa een bosspin van 5 cm in hun huisje ontdekt (zo’n harige die erg veel op een vogelspin lijkt). Brr, die zitten hier dus ook, niet te veel aan denken! ’s Avonds is er na het eten een dansavond met traditionele surinaamse muziek en vier surinaamse danseressen die zonder moeite hun heupen alle kanten op bewegen. Wij worden uitgenodigd om mee te doen en boven verwachting is dit erg leuk en staat de hele groep inclusief kinderen lekker te swingen.

De laatste dag brengen we de ochtend in een ander resort door waar we in de rivier bij stroomversnellingen kunnen zwemmen. Na een heerlijke lunch vertrekken we met eerst een uur boot en dan weer vier uren bus. We komen moe en door elkaar geschud aan bij de boten en dan blijkt helaas onze boot niet goed te liggen. Meteen maar even verlegd en toen weer bij Rita gegeten. Heeft ons wel doen besluiten om de volgende dag al naar Paramaribo te gaan en van daaruit uit te klaren en nog wat te winkelen. Maar eerst gaan we nog even naar het plantagedorpje Laarwijk aan de overkant van de rivier. Daar maken we een wandeling door de fruitplantages. Je kan je erg goed voorstellen hoe deze plantages hier al eeuwen worden gerund. Wel is het weer even enorm warm en komen we bijtende mieren en bosspinnen tegen op de bomen. Teruggekomen bij de waterkant kopen we bij een tentje vers fruit, net geplukt; bananen, pompelmoenen en sinaasappels. De Barbarossa neemt ook nog een stengel suikerriet mee. Teruggekomen op onze boten varen we het uurtje terug naar Paramaribo. Als de boten goed voor anker liggen drinken we een lekkere en gezellige borrel op de Jonathan. Wat een enorm grote boot hebben zij. Daarna nog met z’n alleen uiteten bij de chinees.

De laatste dag Paramaribo (dat is vandaag) ga ik samen met Ellen en Monica de stad in en doen we nog flink wat inkopen (hangmat, stofjes, boeken, souveniertjes etc). De mannen regelen het uitklaren en Jan en Toine gaan daarna nog even naar frietpunt.nl met de kinderen de weddenschap inlossen (onbeperkt friet eten). Zo rond 15.00 uur zijn we allemaal klaar om te vertrekken voor de tocht van drie etmalen naar Trinidad (Barbarossa, Jonathan en wij) en Tobago (Valentijn). Nog even zijn er wat troubles met de motor van de Jonathan. Als dat weer gemaakt is varen we om 16.30 de rivier af naar zee. Lekker om straks weer even de rust en weidsheid van de oceaan om ons heen te hebben. En we zijn benieuwd wat Trinidad ons weer gaat brengen!